Ongewenst gedrag gaat over hoe jij en je collega’s, maar ook externen zoals klanten, leerlingen, bezoekers, leveranciers of gasten met elkaar omgaan op het werk. Meestal gaat het samen werken prima en beleven medewerkers en klanten veel plezier aan ons werk. Maar soms is het niet leuk en loop je het risico op ongewenste omgangsvormen. De 4 belangrijkste zijn:
- Agressie
- Pesten
- Discriminatie
- Seksuele intimidatie
Bij agressie kan er bijvoorbeeld sprake zijn van intimidatie door klanten, collega’s of leidinggevenden. Pestgedrag kan betekenen dat iemand buitengesloten wordt, of genegeerd of getreiterd wordt. Het pesten kan onder andere betrekking hebben op iemands uiterlijk, geloof, seksuele voorkeur of leeftijd. Discriminatie kent wat dat betreft overlap. Dat kan bijvoorbeeld ook te maken hebben met leeftijd of seksuele geaardheid. Of met onder andere sekse, nationaliteit, etnische achtergrond of handicap.
Het ingewikkelde is dat ongewenst gedrag bewust kan plaatsvinden, maar soms ook onbedoeld of onbewust. Het gaat namelijk niet om de intentie van de ‘dader’, maar om hoe de ontvanger het ervaart. Wat de één onschuldig vindt, kan de ander als vervelend, vijandig, vernederend of intimiderend ervaren. Het is belangrijk om het slachtoffer altijd serieus te nemen.
Ongewenst gedrag kan leiden tot stress, je ongelukkig voelen, ziekte en zelfs zelfdoding. Het is dus van het grootste belang dit risico op tijd te signaleren, te herkennen, bespreekbaar te maken én te stoppen. Het is hierbij van groot belang respectvol en zorgvuldig om te springen met de belangen van het slachtoffer en de ‘dader(s)’.